FAT CAT DAY
RANDSTAD-BAAS VERDIENT IN DRIE DAGEN EVENVEEL ALS UITZENDKRACHT IN EEN JAAR
Enig idee wat hoogste baas Sander van ‘t Noordende van uitzendorganisatie Randstad verdient? Ruim 3,7 miljoen euro per jaar. Dit betekent dat hij omgerekend al op 3 januari 2023 halverwege de ochtend evenveel geld had verdiend als waar veel van zijn uitzendkrachten dit hele jaar voor moeten werken.
Tekst Ronald de Kreij Beeld FNV

Sinds 2020 vergelijkt vakbond FNV elk jaar de inkomens van de ceo’s van de veertien meest invloedrijke ondernemingen in Nederland met het wettelijk minimumloon. De uitkomsten worden gepresenteerd op wat de bond noemt Fat Cat Day, de dag waarop deze veertien gemiddeld net zoveel verdiend hebben als iemand met een minimum jaarloon. Fat Cat Day viel dit jaar op vrijdag 6 januari jongstleden. De bond vroeg die dag dan ook opnieuw aandacht voor de scheefgroei in Nederland.
2 januari, 04.08 uur
Nummer één op de lijst van grootverdieners is de hoogste baas van Shell, Wael Sawan. Hij had op 2 januari om 04.08 uur al een minimum jaarloon op zak. Goede tweede was de ceo van Ahold Delhaize, die op 2 januari om 07.23 uur deze inkomensgrens passeerde. Deze AH-baas Frans Muller verdient jaarlijks iets meer dan 6 miljoen euro; zijn collega bij Shell is goed voor ruim 7 miljoen euro. Dat zijn inkomens waar hun medewerkers niet eens van durven dromen.
Randstad-topman Van ‘t Noordende bezet op de lijst een stevige vierde plaats (3 januari 10.34 uur), na ceo Roy Jacobs van Philips (3 januari 08.23 uur).
Om tot een goede vergelijking te komen heeft de FNV dit jaar rekening gehouden met de extra verhoging van het minimumloon per 1 januari 2023. Als gevolg van deze correctie hebben de ceo’s mogelijk iets langer moeten werken om een minimum jaarloon te verdienen; toch al gauw een paar minuten. Maar omdat de bond uit is gegaan van een schatting van de beloning die de ceo’s dit jaar krijgen, kan het ook zomaar zijn dat zij juist eerder dan berekend al een minimum jaarloon op zak hadden.
Kloof verdiept zich
De FNV pleit al jaren voor verhoging van het wettelijk minimum uurloon naar 14 euro. Dat heeft nu op 1 januari voor het eerst geleid tot een extra verhoging van 8,05 procent bovenop de halfjaarlijkse aanpassing. De bond vindt dit een goede eerste stap, maar noemt de verhoging van 10,65 euro per uur naar 11,75 euro (bij een werkweek van 38 uur) niet genoeg.
FNV-vicevoorzitter Zakaria Boufangacha: ‘De kloof tussen de top en de werkvloer verdiept zich. De huidige verhoging van het minimumloon is niet eens genoeg om de inflatie te compenseren. Met de komende verkiezingen voor de Eerste Kamer wordt 2023 een belangrijk politiek jaar. De sleutel ligt in handen van de politiek. Die kan er op 1 juli voor zorgen dat het minimumloon verder omhoog gaat, zodat iedereen een leefbaar inkomen krijgt.’
OP 2 JANUARI VROEG IN DE OCHTEND HADDEN DE BEST VERDIENENDE CEO’S AL EEN MINIMUM JAARLOON BINNEN
Toeslagen en voedselbank
Volgens Boufangacha is ‘de cultuur waarin grootverdieners cashen terwijl ze hun medewerkers op een zo laag mogelijk loon willen houden, zodat ze met toeslagen en de voedselbank het einde van de maand moeten halen', nog steeds wijdverbreid. Ahold bijvoorbeeld weigert nog altijd 14 euro per uur te betalen. Ook andere bedrijven blijven de arbeidskosten drukken, met in alleen al de sector Handel een groot aantal cao-conflicten tot gevolg. Denk hierbij aan de recente acties bij onder meer Etos, Bijenkorf, Gall&Gall en de distributiecentra.
‘De bedrijfstop en aandeelhouders cashen’, aldus Boufangacha, ‘terwijl de mensen met weinig inkomen het zwaarst worden getroffen in deze barre inflatieperiode. Het zijn deze mensen die de winsten mogelijk maken en tegelijkertijd zelf elke cent nodig hebben om rond te kunnen komen. Wij zetten ons als FNV dagelijks in voor een eerlijk loon, samen mét onze leden. Want Nederland verdient beter.’